Afgelopen week verscheen er een belangwekkende rechterlijke uitspraak: de rechter gebood een belastingadvieskantoor inzage te geven in (delen van) het mailverkeer met een klant. Weliswaar betrof deze zaak een wel heel bijzonder geval (‘op een eiland’ ….), maar qua principe is die uitspraak wel een doorbraak in oude gebruiken.
Wij hebben als belastingconsulenten officieel geen ‘verschoningsrecht’ (= alle communicatie tussen cliënt en adviseur is geheim) zoals bijvoorbeeld advocaten dat hebben. Maar het was wel een (goed) gebruik dat wat wij met onze cliënten bespreken (en dus ook mailen, appen) vertrouwelijk blijft. De belastingdienst mag de (in de fiscale constructie en/of aangifte) gekozen opzet natuurlijk controleren en om uitleg vragen, het vooroverleg daarover was, is en blijft geheim. Hier dus niet meer en dat betekent qua principe nogal wat: in besprekingen en mailverkeer worden immers nogal eens verschillende opties doorgenomen, opties die je niet altijd wil ‘delen met de Belastingdienst’, al was het alleen maar vanwege de (tegenwoordig immens belangrijke) ‘beeldvorming‘.
Dus bedenk: wat je me mailt kán ook bij de fiscus terechtkomen….